Beheersmaatregelen

Acht soorten maatregelen

Om de risico’s van biologische agentia te beheersen neemt uw umc maatregelen in een bepaalde volgorde, het zogenaamde bio-arbeidshygiënische strategie. Eerst de bron van het probleem wegnemen en als dit niet lukt, andere maatregelen treffen.

In het Arboportaal wordt dit als volgt uitgewerkt. Specifiek voor de zorg, gelden aanvullende maatregelen. Deze kun je vinden in de SRI-richtlijnen, gezondheidsraad, LCI en je eigen umc-beleid.

1. Bronmaatregelen

Bacteriën, virussen en schimmels zijn overal. Ze zitten op onze huid, in ontlasting, in speeksel, etc. Daarom is het onmogelijk om blootstelling aan biologische agentia en infectieziekten volledig te voorkomen. De normale arbeidshygiënische strategie gaat uit van vervangen en dat is bij biologische agentia zelden mogelijk.

  • Voorkom dat het agens in de bron komt.
  • Aanpak van de groeifactoren van het agens.
  • Verwijderen van de bron.
  • Desinfectie, ultraviolet licht, chemisch (soms extra gevaar).

2. Technische maatregelen

  • Afscherming.
  • Maak contacten overbodig: kranen en deuren automatiseren ('no touch').
  • Geen katoenen, maar papieren handdoeken.
  • HEPA-filters, sluizen, overdruk, onderdruk etc.
  • Biohazardkasten.
  • Pas alleen niet-poreuze materialen toe.

3. Organisatorische maatregelen

  • Zo min mogelijk mensen bij de bronnen laten komen.
  • Inrichten schoon/vuil zones.
  • Beperking aantal werknemers op een bepaalde plek.
  • Houd speciaal de risicogroepen (bijvoorbeeld zwangeren) weg van de bron. Zie ook: infectieziekten op een rijtje.
  • Zorg voor optimale en continue voorlichting.
  • Houd alles goed schoon volgens protocol (zie SRI-richtlijnen).
  • Bij verkoudheidsklachten, werk thuis als het mogelijk is.
  • Bij verkoudheidsklachten, houd 1,5 meter afstand.

4. Hygiënische maatregelen

  • Gedrag: mogelijk geen hand geven, neuspeuteren, ogen wrijven.
  • Handen wassen, douchen.
  • Contacten vermijden indien mogelijk.

5. Persoonlijke beschermingsmiddelen

  • Afscherming huid: handschoenen, kleding, schort, haarkapje, schoenen.
  • Afscherming ogen: brillen, schermen.
  • Afscherming ademwegen: maskers, mondkapjes (mond/neus).
  • Gebruik juiste gereedschappen, zoals veilige naaldsystemen.
  • Bij verkoudheidsklachten, draag binnen de 1.5 meter een mondneusmasker.

6. Vaccinatie

  • Voor zover mogelijk worden aan iedere werknemer die nog niet immuun is voor de biologische agentia waaraan hij/zij is of kan worden blootgesteld, een vaccinatie aangeboden.
  • Let op dat sommige vaccinatie alleen voor de zwangerschap kunnen worden gegeven wegens mogelijke impact op ongeborene en andere reactie van het vaccin bij de zwangere.
  • Bij mensen werkzaam in de zorg, maar ook mantelzorgers, ter voorkoming dat patiënten en cliënten besmet worden.

7. Speciale behandeling na blootstelling; het zogenaamde post-expositieprotocol

  • Het preventief geneesmiddelen toedienen zonder dat de ziekte al aangetoond kan worden (hiv, Hepatitis B). Bijvoorbeeld na een prikaccident met een injectienaald. Simpel gezegd is het streven van PEP het biologische agens (bijvoorbeeld hepatitis B of hiv) weg te vangen uit het lichaam, voordat het zich kan nestelen, met alle schadelijke gevolgen van dien.

8. Therapie bij ziekte

  • Snel diagnose (laten) stellen: als werknemers waarschuwingssignalen leren kennen, kunnen ze de behandelend arts snel op het goede spoor zetten.
  • Zo snel mogelijk aanbieden van medische behandeling.

Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek

Als uit de Risico-Inventarisatie en -Evaluatie blijkt dat er sprake is van een reëel risico, biedt jouw umc medewerkers een arbeidsgezondheidskundig onderzoek aan. Je kunt jook zelf bij je arbodienst informeren of je daarvoor in aanmerking komt. Lees meer informatie over PAGO vind je op het Arboportaal.