Fysieke agressie

  • mishandelen, verwonden, schoppen, aanranden, beetpakken, duwen, trekken, slaan;
  • spugen en gericht gooien met voorwerpen, krabben;
  • ongewenst aanklampen, seksuele handtastelijkheden;
  • het vernielen van meubels, het gooien van objecten;
  • het fysiek verhinderen dat iemand een vertrek kan verlaten;
  • het fysiek verhinderen van werkzaamheden;
  • grijpen, bijten, stompen, een kopstoot geven.

Hoe u het best met fysieke agressie kunt omgaan, leest u hier.