Parenteralia: Infuusvloeistof (klasse C)

Blootstelling

Bij het werken met infuusvloeistoffen kan blootstelling plaatsvinden bij:

  • het voor toediening gereedmaken (oplossen poeder voor infuusvloeistof, bijspuiten bij infuus);
  • het toedienen;
  • het deponeren van de gebruikte materialen in het SZA-vat.

Uitgangsprincipes

  • Voor toediening gereedmaken vindt plaats in een veiligheidswerkbank klasse 2.
  • Er wordt gewerkt met (semi-)gesloten systemen.
  • Infuus wordt aangeleverd met toediensysteem, voorgevuld met neutrale infusievloeistof of lucht.
  • Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen (handschoenen en overschort met lange mouwen).
  • Voer de gebruikte materialen af via het SZA-afval.

Benodigd materiaal

  • Veiligheidswerkbank, klasse 2
  • Handschoenen
  • Overschort met lange mouwen
  • Voorgeschreven geneesmiddel, eventueel oplosmiddel en infuusvloeistof
  • Spuit
  • Naald of spike
  • Disposable onderlegger (celstofmatje)
  • SZA-vat

Werkwijze

Voor toediening gereed maken:

  • Werk in een veiligheidswerkbank, klasse 2.
  • Reinig de handen conform het protocol handhygiëne.
  • Trek handschoenen, overschort met lange mouwen aan.
  • Werk op een disposable onderlegger.
  • Los zo nodig de medicatie op in het voorgeschreven oplosmiddel.
  • Sluit het toediensysteem aan het infuus en vul het lijntje met infuusvloeistof of lucht.
  • Spuit de benodigde hoeveelheid geneesmiddel bij in het infuus.
  • Etiketteer het infuus.
  • Deponeer de gebruikte materialen in het SZA-vat.
  • Trek de handschoenen uit en deponeer deze in het SZA-vat.
  • Reinig en verzorg de handen conform protocol handhygiëne.

Toedienen:

  • Trek handschoenen aan.
  • Dien de medicatie toe conform de geldende medische protocollen en lokale werkafspraken.
  • Deponeer de gebruikte materialen in het SZA-vat.
  • Trek de handschoenen uit en deponeer deze in het SZA-vat.
  • Reinig en verzorg de handen conform protocol handhygiëne.